Recensie Olifant Jezus – NTGent

foto: Phile Deprez

Het kind is dood. Maar toch zwerft het over het podium en blijkt het aan het eind van de voorstelling ‘Olifant Jezus’ van NTGent een enorme kindertekening te hebben gemaakt. Van de buik van zijn moeder en een lachend zonnetje. Van een plek waar hij zich thuis zou kunnen voelen. Anders dan het gefantaseerde, nachtmerrieachtige thuis dat hij eerder op het toneel creëerde. De dood van een kind en het effect daarvan op een huwelijk zijn de eigenlijke onderwerpen van de voorstelling ‘Olifant Jezus’. Maar schrijver Oscar van den Boogaard en de nog jonge regisseur Julie Van den Berghe, die met de voorstelling in de grote schouwburgzaal debuteert, kozen ervoor dat onderwerp te tonen vanuit het perspectief van het kind.

Op een donkere plek tussen hemel en hel waarin hij aan het begin van de voorstelling afdaalt, lijkt de jongen (Vincent van der Valk) zich voor te stellen hoe zijn ouders zonder hem verder gaan en komt zijn fantasie tot leven. Een grimmige kinderfantasie is het, waarin zijn ouders (Steven Van Watermeulen en Elsie de Brauw) een soort buitenwereldse vogelmensen zijn die zich niet in een huis, maar in een boom hebben genesteld. En die tussen de pinnige discussies of de vruchteloze pogingen tot toenadering opgewonden vogelgeluidjes maken.

Met donkere beelden en een groteske speelstijl die passen bij de grimmige fantasiewereld van een kind, probeert Van den Berghe de sentimentaliteit buiten de deur te houden die bij het onderwerp overleden kind op de loer ligt. Bovendien speelt ze een gelaagd spelletje met de vraag of de jongen niet net zo goed ook een product is van de fantasie van zijn getroebleerde ouders als andersom. Die vervreemdende sfeer heeft echter ook een nadeel: hij houdt de toeschouwer op een zodanige afstand dat het moeilijk wordt om mee te leven met de personages of om ze serieus te nemen. Vooral Van Watermeulen kan zo lelijk en grotesk spelen dat ze het bloed onder je nagels vandaan haalt. Maar op het moment dat ergernis de overhand dreigt te krijgen, tovert Van den Berghe weer een even treurigstemmend als prachtig beeld te voorschijn, zoals twee vogelmensen met parapluutjes in een boom tijdens een stortregen.

Ook in eerdere, kleinere voorstellingen liet Van den Berghe al zien over een sterke beeldentaal en een grote theatrale fantasie te beschikken. Dat zijn krachtige wapens, maar die zal ze wel nog iets preciezer moeten leren beheersen.

Comments

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.